Werkblad WebQuest Surrealisme

Naam:…………………………………
Groep:………………………………..

Maak de vragen in dezelfde volgorde zoals ze hier staan.
Achter elke vraag staat een nummer. Dit nummer kan je weer vinden bij de bronnen uit de WebQuest. De antwoorden op de vragen kan je vinden bij deze bronnen.

De antwoorden op de vragen kan je invullen op een blaadje met lijntjes van jezelf. Schrijf wel netjes, zodat je het zelf later weer goed kunt lezen.
Raak dit werkblad en je blad met antwoorden niet kwijt, want dit moet je gebruiken voor het maken van de muurkrant

Veel succes!

Surrealisme algemeen
1. Je hebt in de Inleiding van de WebQuest een site kunnen bekijken, waarin al een beetje uitgelegd werd wat het ‘Surrealisme’ eigenlijk is. Probeer dat eens zelf in je eigen woorden uit leggen?
2. Welke tijd hoort er bij het surrealisme? (bron 1 en 2)
3. Welke gebeurtenissen hebben er plaatsgevonden in dezelfde tijd, noem er minimaal 3 (bron 2 en 4)?
4. Hoe is het ‘Surrealisme’ eigenlijk ontstaan? (bron 2 en 3)
5. Wat zijn belangrijke kenmerken of aspecten van het ‘Surrealisme’ en van de surrealistische schilderijen? (bron 1, 2, 3 en 4) Probeer er eens 3 op te schrijven.
6 . Noem eens 6 surrealistische schilders? (bron 1, 2, 3, 4)

Je weet nu al iets meer over het ‘Surrealisme’. Het is de bedoeling dat er op jouw muurkrant ook 1 surrealistisch schilderij komt te staan. Jij gaat nu eerst jouw favoriete schilderij kiezen, voordat je verder kunt gaan met de volgende vragen.

7. Op welke Internetpagina staat het schilderij? (bron 2, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 15, 18 of 21)

Sla de afbeelding van jouw schilderij op. Klik met de rechtermuisknop op de afbeelding. Kies: afbeelding opslaan als….. Kies de plek waar je het op wilt slaan, het liefst op je eigen gebied. Geef de afbeelding een naam. Klik daarna op opslaan.
Nu worden er een paar vragen gesteld over de schilder van jouw schilderij en over het schilderij zelf.

Surrealistische schilder
Kijk voor de volgende vragen alleen bij de bronnen die over de schilder van jouw schilderij gaan. (dus Chagall: bron 5 t/m 7, Dali: 8 t/m 12, Delvaux: 13 en 14, Kahlo: 15 t/m 17, Magritte:18 t/m 20, Miro: 21)

8. In welke tijd leefde de schilder?
9. Waar heeft de schilder gewoond?
10. Welke kenmerken van het surrealisme zijn er in de schilderijen van deze schilder weer te vinden? (zie vraag 5)

Kijk nu heel goed naar het schilderij van vraag 7. Maak dan volgende vragen, gebruik de bron die je daar hebt opgeschreven.

Surrealistisch schilderij
11. Wat is de titel van het schilderij?
12. Uit welk jaar komt het schilderij?
13. Van welk materiaal is het schilderij gemaakt (verf, houtskool, enzovoort)?
14. Welke kleuren worden er in het schilderij gebruikt?
15. Wat zie je allemaal op het schilderij, wat stelt het voor?
16. Welke boodschap zou de schilder met dit schilderij willen doorgeven denk je?
17. Kun je bij dit schilderij bedenken welke invloed de Wereldoorlog heeft gehad op de schilder, en waaraan zie je dat?
18. Welke kenmerken van het surrealisme kom je weer tegen in dit schilderij (zie ook vraag 5)?
19. Als je naar het schilderij kijkt, welke emotie komt er dan bij je op (wordt je blij, verdrietig, bang of boos)? En waarom?
20. Wat vind je van het schilderij?

Zo, de vragen zitten er op. Jij kunt nu weer verder met stap 3 van de WebQuest bij handelingen. Succes!