Inleiding
Opdracht

Bronnen
Beoordeling
Afsluiting
Leerkracht

Handelingen

De handelingen leggen uit wat je gaat doen. En hoe je dit doet. Voer alle stappen uit. Stel dat je iets vergeet …

De proefversie
1). Werkblad ‘aantekeningen’ maken
   

Maak een werkblad in Word. Dit werkblad noem je ‘aantekeningen’. Hierop schrijf je de antwoorden op de vragen. Met de antwoorden schrijf je, je hoofdstuk voor de encyclopedie.

Een voorbeeld van het werkblad staat hiernaast.


2). Informatie zoeken
   
  • Beantwoord de basisvragen, verdiepingsvragen en je eigen vragen met behulp van internet
  • Schrijf je antwoord steeds op in het werkblad ‘aantekeningen’.

De vragen en bronnen kun je vinden bij de bronnen.


3). Werkblad ‘hoofdstuk’ maken
   

Maak nu een werkblad ‘hoofdstuk’ in Word.

Schrijf hier een mooi en duidelijk hoofdstuk voor in de encyclopedie (met plaatjes).

Een voorbeeld staat hiernaast.


4). Hoofdstuk schrijven: je proefversie
   
  • Je weet nu meer over allerlei onderwerpen die met het hart te maken hebben.
  • Kies er één uit waar jij je hoofdstuk over wilt schrijven. ·
  • Neem je aantekeningen erbij. Dus print je werkblad ‘aantekeningen’ uit.

Wat is belangrijk bij het schrijven?

  • Je maakt eerst een proefversie. Je kunt daarmee testen of anderen je wel snappen of je werk goed vinden.
  • Je verhaal is tussen 1,5 velletje en 2 velletjes lang.

Hoe schrijf je een goed hoofdstuk?

Bedenk dat:

  • Iedereen je hoofdstuk moet snappen.
  • Niet iedereen zoveel weet als jij.

Een goed hoofdstuk heeft:

  • Een goede titel, die aangeeft waar het over gaat.
  • Een inleiding, en dan een aantal alinea’s of paragrafen.
  • Een handige, logische volgorde in de alinea’s.
  • Juiste feiten.
  • Uitleg over hoe iets werkt of waarom iets zo is.
  • Plaatjes die helpen om de feiten en de uitleg te snappen.
  • Goed taalgebruik.

Een handige aanpak:

  • Let nog niet meteen op spelling, punten, plaatjes, lettertype of kleur.
  • Het gaat nu eerst om de inhoud: wat je wilt zeggen in je tekst. · Als je de inhoud hebt, ga je nog eens opnieuw je tekst door:
    • Klopt de spelling en leestekens?
    • Kijk daarna ook nog eens naar lettertype, kleur en andere manieren om je tekst mooi te maken.

5). Proefversie zelf nakijken
   

Je hebt je proefversie nu af!

  • Kijk nu zelf je aantekeningen en je proefversie na.

  • Ga naar de beoordeling.

6). Proefversie printen & inleveren
   

Ben je klaar en tevreden met de proefversie?

  • Print die dan en lever hem in bij je leerkracht.
 

De eindversie
7). De proef-leesronde
   

Je leraar of klasgenoten gaan nu je proefversie lezen.

  • Ze vertellen je dan straks:
    • wat ze goed vonden aan je hoofdstuk.
    • wat ze nog niet zo goed snappen of wat niet helemaal klopt.
    • hoe je je hoofdstuk nog beter kunt maken.

8). Proefversie printen & inleveren
   

Verbeter met de tips van je leraar of klasgenoten je hoofdstuk.

Wat doe je met de tips?

  • Bewaar wat je proeflezers mooi vinden.
  • Klopte er iets niet? Zoek dan nieuwe feiten.
  • Snapten ze dingen niet?
    • Probeer dan iets duidelijker te zijn.
    • Gebruik eens andere woorden.
    • Ben je geen stappen vergeten?
  • Volg goede adviezen van je lezers op.

9). De eindversie zelf nakijken
   
  • Je hebt je hoofdstuk nu écht af!

  • Weer de hoogste tijd om je werk zelf na te kijken.

  • Ga naar de beoordeling.

10). De eindversie printen en inleveren
   
  • Je hebt nu ook je eindversie klaar. Goed gewerkt!
  • Print nu je eindversie en lever die in bij je leraar. Waarom zijn proeflezers handig?
  • Er zijn al wat lastige punten opgespoord.
  • Je hebt problemen zelf opgelost.
  • Lees tot slot de afsluiting

Waarom zijn proeflezers handig?

  • Er zijn al wat lastige punten opgespoord.
  • Je hebt problemen zelf opgelost.