Inleiding
Opdracht
Handelingen
Bronnen
Beoordeling
Afsluiting

Leerkracht

Samenvatting
Deze WebQuest gaat over het hart. In hun onderzoek beantwoorden de leerlingen enkele basisvragen over (de werking van) het hart, de hartslag, het dichtslibben van aders, (on)gezond eten en zoeken ze spreekwoorden en gezegden met ‘hart’. Naast de basisvragen kunnen de leerlingen ook verdiepingsvragen en eigen vragen beantwoorden. Wanneer de leerlingen hun onderzoek hebben afgerond, schrijven ze een nieuw hoofdstuk voor een schoolencyclopedie. Nadat de leerlingen (en eventueel medeleerlingen en de leerkracht) de proefversie hebben beoordeeld, gaan ze aan de slag met hun eindversie.
 
Diversen
 

Vakgebied: ...

Doelen:
Met deze WebQuest komen niet alleen doelen uit het natuuronderwijs aan bod. Hieronder vindt u leerdoelen die binnen de WebQuest relevant zijn. De leerdoelen bestaan zowel uit kerndoelen van het basisonderwijs als uit Tussendoelen Gevorderde Geletterdheid:

  • Kerndoel 29, domein mensen, planten en dieren, leerlingen kunnen de bouw van mensen en de vorm en functies van in- en uitwendige lichaamsdelen ten behoeve van waarneming, ademhaling, voortbeweging en voortplanting beschrijven. Ze kunnen enkele verschillen en overeenkomsten aangeven met de bouw van zoogdieren ten aanzien van waarnemen, ademhalen en voortbewegen.
  • Kerndoel 23, leerlingen kunnen aangeven, hoe zij kunnen bijdragen aan het behoud en de bevordering van de eigen gezondheid.
  • Tussendoel 4, begrijpend lezen Leerlingen lezen minder eenvoudige teksten met begrip en voeren daarbij verschillende leesstrategieën uit.
  • Tussendoel 5, strategisch schrijven Leerlingen schrijven teksten, verzamelen informatie, ordenen de gevonden informatie, verwoorden hun gedachten en gevoelens, schrijven langere teksten met de juiste spelling en interpunctie, besteden aandacht aan de vormgeving en lay-out, lezen hun tekst na en reviseren de tekst, en reflecteren op het schrijfproduct en schrijfproces.
  • Tussendoel 6, informatieverwerving Leerlingen herkennen de betekenis en functie van verschillende informatiebronnen, zoeken de gewenste informatie op en stellen zichzelf relevante vragen vóór, tijdens en na het lezen van een tekst.
  • Tussendoel 7, leeswoordenschat Leerlingen breiden hun leeswoordenschat uit en ontwikkelen strategieën waarmee zij de betekenis van woorden uit de tekst kunnen afleiden.
  • Kerndoel 1, werkhouding Leerlingen hebben belangstelling voor de wereld om hen heen en ze zijn gemotiveerd deze te onderzoeken.
  • Kerndoel 3, gebruik van uiteenlopende leerstrategieën Leerlingen kunnen bij leeractiviteiten uiteenlopende strategieën en vaardigheden gebruiken.
  • Kerndoel 5, sociaal gedrag Leerlingen leveren een positieve bijdrage in een groep.
  • Kerndoel 6, nieuwe media Leerlingen maken verantwoord en doelbewust gebruik van communicatiemiddelen waaronder internet.

Doelgroep: groep 6/7/8

Type WebQuest: kortlopend

Tijdsduur: 6 uur

 
Aandachtspunten voor de beoordeling
De WebQuest bevat twee nakijktabellen. Hiermee kunnen de leerlingen zowel de proefversie als de eindversie van hun werk beoordelen. Nadat de leerlingen de opdrachten hebben ingeleverd, kunt u de nakijktabellen gebruiken voor het geven van een eindoordeel. Bij het beoordelen van de opdrachten kunt u letten op de inhoud en opbouw van het werkstuk en op het taalgebruik. De nakijktabel besteedt aandacht aan de titel, de inleiding, de opbouw van de tekst, de volgorde van de onderdelen over het hart, de beschrijving van de onderdelen, het aantal feiten en de correctheid van deze feiten, de uitleg over het onderwerp en de toegevoegde plaatjes. Daarnaast is er aandacht voor de stijl en het gebruik van eigen woorden, de begrijpelijkheid van de tekst, het (correct) gebruiken van vaktermen, de spelling, interpunctie, zinsbouw en samenstelling van de tekst.
 
Materialen

Voor het uitvoeren van de WebQuest zijn de volgende materialen nodig:

  • per tweetal een computer met een internetaansluiting;
  • een printer en printerpapier;
  • schrijfmateriaal voor het maken van aantekeningen;
  • eventueel USB-sticks voor het opslaan van het werk;
  • extra boeken over het hart, het lichaam, gezondheid, roken, enzovoort;
  • andere materialen over het hart (leskisten, materiaal van de hartstichting, nephart, posters);
  • eventueel koptelefoons voor het beluisteren van audiofragmenten.
 
Toelichting WebQuestonderdelen
 
Inleiding
De WebQuest kan op verschillende manieren ingeleid worden. De WebQuest kan bijvoorbeeld gestart worden tijdens een Gezondheidsweek of wannneer iemand in de omgeving van de leerlingen problemen heeft met zijn of haar hart. Let er wel op dat het niet te confronterend is voor de leerlingen.
Opdracht
De opdracht voor de leerlingen bestaat uit verschillende onderdelen. In het eerste deel onderzoeken de leerlingen een aantal aspecten die met (de werking van) het hart te maken hebben. In het tweede deel van de WebQuest schrijven de leerlingen een hoofdstuk voor een schoolencyclopedie. Hierbij maken ze eerst een proefversie die zij zelf beoordelen en die ook door anderen beoordeeld wordt, Daarna schrijven ze de eindversie van het hoofdstuk over het hart.
Handelingen

Bij ‘handelingen’ vindt u een stappenplan voor het uitvoeren van de opdracht. Hieronder worden de stappen beschreven met enkele tips voor leerkrachten en leerlingen.

Werkblad ‘aantekeningen’ maken
Het is handig als de leerlingen weten hoe en waar ze hun werk moeten opslaan. Denk er ook aan, dit regelmatig te laten doen.

Informatie zoeken
U kunt overwegen de kinderen samen te laten werken, zodat ze met elkaar kunnen overleggen. Daarnaast kunt u de leerlingen er misschien op wijzen dat ze ook andere materialen (woordenboeken, boeken uit de bibliotheek, enzovoort) mogen gebruiken. Zwakke leerlingen kunt u eventueel voorbereiden door middel van pre-teaching. Daarnaast zou u gebruik kunnen maken van een woordmuur waarop leerlingen moeilijke woorden en hun betekenis kunnen plakken.

Werkblad ‘hoofdstuk’ maken
Zie stap 1.

Hoofdstuk schrijven: je proefversie
Wanneer u de leerlingen laat werken met een grotere regelafstand, kunt u gemakkelijker opmerkingen bij het verhaal schrijven.

Proefversie zelf nakijken
U kunt de leerlingen zelf laten nakijken, maar u kunt de leerlingen ook elkaars werk laten beoordelen (zie ook het kopje ‘Beoordeling’).

Proefversie printen & inleveren
Om er voor te zorgen, dat de leerlingen hun werk af krijgen binnen de geplande tijd, kunt u (als redacteur) de leerlingen een deadline geven voor het inleveren van de opdracht.

De proef-leesronde
Bij de proef-leesronde mogen de leerlingen elkaars werk beoordelen. Hiervoor kunt u de klas in groepjes verdelen. U kunt elk groepje een aantal teksten geven (een groepje van drie krijgt dan drie teksten; een groepje van vier krijgt er vier) en een paar uitgeprinte nakijktabellen. Daarna kunnen de leerlingen de teksten in hun groepje lezen en er één of twee tops (wat is er goed aan het verhaal) en tips (wat kan er verbeterd worden) bij geven. Wanneer de leerlingen dit nog niet eerder hebben gedaan, kunt u het misschien van tevoren even voordoen.

De eindversie schrijven
De leerlingen kunnen de nakijktabel en de tops en tips gebruiken om hun werk te verbeteren.

De eindversie zelf nakijken
Zie stap 5.

De eindversie printen & inleveren
Zie stap 6.

Bronnen
Soms worden bronnen van het internet verwijderd. Check daarom even of ze nog wel werken en zoek eventueel andere bronnen.
Beoordeling
Met de nakijktabellen kunnen de leerlingen hun werk beoordelen en verbeteren. Vooral wanneer leerlingen dit voor het eerst doen, is dit lastig. U kunt er dan aan denken om het een keer voor te doen. Verder kunt u de leerlingen (tijdens de proef-leesronde) vragen elkaars werk te boordelen (zie handelingen, stap 7). Zelf kunt u de nakijktabellen gebruiken voor het beoordelen van de opdrachten.
Afsluiting

Op basis van de (door u) ingevulde nakijktabellen kunt u beoordelen op welke punten leerwinst is behaald. Verder kunt u ervoor kiezen om de leerresultaten zichtbaar te maken door bijvoorbeeld:

  • het laten presenteren van de werkstukken (spreekbeurt, powerpoint presentatie, sheets);
  • het verwerken van de teksten in een schoolencyclopedie, schoolkrant, internetpagina of weblog;
  • het maken van een woordenboek met de woorden van de woordmuur;
  • het geven van een informatieavond voor ouders door de leerlingen, eventueel in samenwerking met de Nederlandse Hartstichting
 
Alternatieve verwerkingsopdrachten

Creatieve opdrachten zijn bijvoorbeeld:

  • een hart nabouwen op schaal aan de hand van systematische weergaven van het hart;
    (gezond of ongezond) eten schilderen of kleien (bijvoorbeeld met kleurcontrasten of het uitvergroten van de textuur);
  • eten koken (gezond en/of ongezond);
  • een reclamebrochure of -affiche maken voor gezond eten; een ‘schijf van vijf’ maken;
  • een interview houden met iemand die hartproblemen heeft en dit verwerken in een artikel voor een krant of site of in een journaalitem (met video-opnames);
  • spreekwoorden maken over het hart (zie ook verdiepingsvragen);
  • kaarten maken voor jonge hartpatiënten en opsturen.

Bewegingsactiviteiten die de leerlingen kunnen uitvoeren, zijn:

  • de hartslag meten na verschillende onderdelen van een conditietest (bijvoorbeeld een circuit waarbij de leerlingen verschillende opdrachten uitvoeren binnen een bepaald tijdsbestek, zoals bijvoorbeeld 50 keer touwtje springen, 20 keer opdrukken, 10 keer een slalom afleggen en laat ze daarna hun hartslag opmeten);
  • een sponsorloop houden voor een goed doel.

Als afsluiting kunnen de leerlingen:

  • een voorlichtingsavond organiseren voor hun ouders, waarin ze het een en ander vertellen over het hart, hoe je het gezond kan houden, en waar ze hun werkstukken laten zien;
  • een EHBO-cursus volgen.
  • U kunt de voorgaande zaken eventueel ook koppelen aan een ouderavond van de Nederlandse Hartstichting over de invloed van reclame op het eetgedrag van kinderen.

 

 
Tot slot

Deze WebQuest is gemaakt door Resi Damhuis, Mienke Droop, Ilona de Milliano & Kitty van der Molen - Ruijs (Expertisecentrum Nederlands, Radboud Universiteit Nijmegen, december 2005, http://www.taalonderwijs.nl/). Met veel dank aan John Bronkhorst (Expertisecentrum Nederlands, Edith-Stein) Eliane Segers en Peter Blijleven.

De WebQuest is ontwikkeld met subsidie van de Ververs Foundation voor het ontwikkelen van een nieuwe leeromgeving waarbij taal en zaakvakken gecombineerd worden door het werken met WebQuests.

Bronnen & links
Aarnoutse, C. & Verhoeven, L. (red.), Zandt, R. van het, Biemond, H. (2003). Tussendoelen gevorderde Geletterdheid. Een leerlijn voor groep 4 tot en met 8. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands.

Dossier Kerndoelen basisonderwijs: http://www.minocw.nl/kerndoelen/